Geen wijziging normering geluidshinder windmolens
Geplaatst op 28-07-2015
Den Haag - De norm voor geluidshinder van windturbines wordt niet aangepast. Wel is het nodig dat bij plannen voor het plaatsen van windmolens duidelijkheid wordt gegeven over de te verwachten geluidsoverlast. Dat schrijft minister Schultz van Haegen (infrastructuur en milieu) aan de Tweede Kamer.
De bewindsvrouw kwam tot haar besluit om de norm niet aan te passen vanwege een pilot van het Kennis Windenergie. Uit de proefneming blijkt dat gemiddeld 8 à 9 procent van de omwonenden van windparken hiervan ernstige hinder ondervindt als de huidige norm gehandhaafd blijft. Toch is dit voor de minister geen reden om de norm aan te passen. Ze tekent daarbij aan dat de Nederlandse norm niet afwijkt van die in andere Europese landen en overeenstemt met de aanbevelingen van de World Health Organisation (WHO).
Weliswaar worden in het pilotverslag een aantal aandachtspunten genoemd, maar die lenen zich volgens de bewindsvrouw niet voor algemene maatregelen. “De aandachtspunten kunnen echter een goede basis vormen voor maatwerk voor initiatiefnemers of voor het bevoegd gezag bij concrete plannen voor windparken”, zo schrijft Schultz van Haegen.
Gebrek aan kennis
In het verslag van de pilot wordt hierbij aangetekend dat geluidsoverlast van windenergie moeilijk te normeren is. Ook het idee om er voor te zorgen dat geluidshinder op bepaalde momenten minder is, blijkt in de praktijk lastig uitvoerbaar. Er is te weinig kennis om precies te kunnen voorspellen wanneer zich hinderlijke momenten voordoen. Wel kunnen lokale overheden bij specifieke projecten een grenswaarde vaststellen die afwijkt van de landelijke norm. Om die reden is het bij plannen voor het inrichten van windparken nodig te overleggen met uiteenlopende belanghebbenden.
Innovatief
Volgens de minister zijn er innovatieve mogelijkheden om geluidshinder van windturbines te verminderen. De pilot noemt verder onder meer het terugbrengen van het toerental van de turbines als mogelijkheid. “Daarnaast kan het ritmische karakter van het geluid worden aangepakt”, zo staat in het verslag van het proefproject. Om dit te bereiken moeten de bladen van de turbine tijdens het omwentelen worden verdraaid. Het nadeel van deze methode is dat de levensduur van de turbine er onder te lijden heeft.
De ontwikkeling van nieuwe typen windturbines kan hiervoor soelaas bieden. De pilot werd uitgevoerd door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in samenwerking met onder meer de GGD. In opdracht van de minister voert Twynstra Gudde een evaluatie uit van de pilot.
bron: http://www.cobouw.nl